Article

Geen gevangenis zonder inclusie

Gideon Boie


15/11/2023, A+

Image: Sien Verstraeten

Inclusie denken in termen van detentie, het lijkt een vreemde gedachte. De locatiekeuzes voor de nieuwe gevangenissen spreken voor zich. In het geval van Brussel werd de nieuwe gevangenis van Haren alvast zo ver mogelijk verwijderd van de bewoonde wereld. Op de uiterste noordgrens van het Brusselse gewest presenteert de gevangenis zich als een stad-in-de-stad. Het had niet veel gescheeld of de gevangenis van Haren was over de gewestgrens gebouwd, dat is althans een mythe die de ronde doet in Brussel. De regel dat een arresthuis op het eigen territorium moet liggen, heeft anders beslist. De parking ligt toch nog op Vlaams grondgebied.

Download PDF

Even bevreemdend is het inclusieve ontwerpdiscours waarmee de gevangenis van Haren verpakt werd. Men spreekt over een gevangenisdorp met kleinschalige eenheden, gemeenschapsregime en een vloeiende perimeter. Een vrouwenafdeling werd ingepland op de perimeter zodat het kan functioneren als sociale voorziening voor de buurt, het plan was om te functioneren als industriële wasserij. Het inclusieve discours staat haaks op de omvangrijke schaal van de gevangenis met plaats voor 1.190 gedetineerden – dat zijn de gevangenissen van Brugge en Lantin samen. De actiegroepen spraken indertijd terecht over de megagevangenis ofte Maxi-prison d’Haren.

Van alle mooie woorden schiet na 1 jaar opening van het gevangenisdorp Haren niet veel over, toch voor zover we afgaan op de krantenkoppen. De nieuwsberichten gaan over geweld onderling en tegenover personeel, weigering om terug op cel te gaan, staking van personeel, klachten van buren over lawaaihinder en lichtpollutie en nog meer fraais. Het cellencomplex in Haren mag er dan wel eigentijds uitzien, het wordt geplaagd door de aloude symptomen van het gevangeniswezen. Ocharme de speeltuin buiten de perimeter is ook al gedemonteerd. Nochtans lag alle hoop op vernieuwing bij het gevangenisdorp van Haren, zeker na het debacle met eerdere nieuwbouw.

Voor de eerste vier nieuwe gevangenissen, de zogenaamde 4G’s, werd een publiekprivate samenwerking opgezet vanuit de idee dat de markt vernieuwing zou introduceren. Niets bleek minder waar. Het ontwerp van Stéphane Beel (i.s.m. Jaspers-Eyers Architects) voor de gevangenissen in Beveren en Dendermonde herhaalde precies datgene wat men hoopte achterwege te laten: het 19de Eeuws Ducpétiaux-model, een stervormige hybride van het panopticon en cellencomplexen. In de nieuwe gevangenissen van Leuze-en-Hainaut (ontwerp Assar Architects) en Marche-en-Famenne (ontwerp CERAU) is de reproductie van Ducpétiaux niet anders.

De publieke opdrachtgever zette vervolgens alle hoop op het zogenaamde ‘slimme lastenboek’, een codewoord waarmee de aannemer openheid gelaten wordt om tot andere resultaten te komen. In de bestekken voor de 4G’s was het woordje ‘Ducpétiaux’ dan wel geschrapt, de aannemers namen geen risico’s bij een zinnetje als ‘centraal aangestuurde beheerseenheden’. Op voordracht van de Brusselse Bouwmeester Olivier Bastin kreeg advocatenkantoor Stibbe ondersteuning van Architecture Workroom Brussels bij de opmaak van het slimme bestek. De inbreng bleef echter beperkt tot een inspiratieboek met goede praktijkvoorbeelden.

Meer impact had het parallelle denkproces vanuit De Huizen vzw, een drukkingsgroep van experts en professionals opgezet vanuit het werkveld onder leiding van gevangenisdirecteur Hans Claus. De vzw schoof een model van het detentiehuis naar voren met drie conceptuele sleutels: kleinschaligheid, differentiatie en lokale nabijheid. Hoewel De Huizen op veel weerstand vanuit overheidsadministraties stootte, bleven de ideeën insijpelen, onder andere dankzij het Bouwmeester Label. Een resultaat van het activisme is de opstart van een reeks Transitiehuizen, een pilootproject van kleinschalige detentiefaciliteiten gerund door G4S Care en ingebed in lokale gemeenschappen in o.a. Mechelen en Edingen.

In de aanbestedingsprocedure voor de gevangenis in Haren maakte Buro II (onderdeel van Cafasso nv) handig gebruik van de ideeën van De Huizen, na deze eerst te rippen van het inclusieve karakter. De idee van kleinschaligheid bracht hen tot een optelsom van 3x 3x 30 cellen = 270 personen per gebouw – een evenaring van de detentiecapaciteit in pakweg Turnhout en Verviers. Differentiatie werd vertaald naar de verspreidde bebouwing op het terrein, wat neerkwam op een ruwe classificatie voor mannen, vrouwen, forensische zorg, arresthuis, etc. Lokale integratie werd vertaald in een vloeiende perimeter die inspeelt op de natuurlijke hoogteverschillen in het landschap.

Nog problematischer is dat het gevangenisdorp van Haren afbreuk doet aan het inclusieve gedachtengoed van de gevangenis als zodanig. Uitsluiting was de Middeleeuwse praktijk van straffen, zoals je kan lezen in de eerste pagina’s van Michel Foucault’s standaardwerk over discipline en straf. Een veroordeelde delinquent verdween in de vergeetput of werd aan de stadspoort gedumpt; het was de tijd van radbraken, ogen uitsteken of toch minstens brandmerken voor het leven. In tegenstelling met deze martelpraktijken verscheen de gevangenis als een heel modern instrument waarin de straf omkeerbaar werd na een periode van penitentie en voorbeeldig gedrag.

De gevangenis is een ingenieus strafmechanisme dat draait om het afnemen van de vrijheid én het terug geven ervan. De rekeneenheid is onze kostbare tijd – het opperste goed van de moderne mens. De straftijd kan oplopen, maar ook afnemen. De straf uitzitten gebeurde daarom op een centrale locatie in de stad, niet alleen als een moreel signaal naar de medebevolking, maar ook om het marchanderen met straftijd te faciliteren. Een gedetineerde heeft het druk met bezoek, werk zoeken, verlof, enzovoorts. Centraal staat niet de uitsluiting, maar wel de maatschappelijke insluiting van het delinquente individu, weliswaar onder dwang en streng toezicht. Neem de inclusie weg uit de geschiedenis van de gevangenis en we zitten terug in de Middeleeuwen.

Bibliografische noot: Gideon Boie, “Geen gevangenis zonder inclusie”, A+ Architecture in Belgium 304 (Nov. 2023), 80–86.

Beelden: Sien Verstraeten, Transitiehuis Mechelen

Categories: Architecture

Type: Article

Share: