Article

Het genie van een cirkel

Gideon Boie


21/02/2025, A+

Formele schoonheid kan een bijzonder nut hebben, dat toont het Glaspaviljoen van Bruno Taut. Het Glaspaviljoen maakte aanspraak op mystieke diepgang en introductie van een nieuwe stijl, maar had uiteindelijk een technisch-mercantiele motivatie. De tempel van schoonheid vormde in de eerste plaats een uitbeelding van de toepassingsmogelijkheden van glas. De demonstratie gebeurde binnen de tentoonstelling van de Duitse Werkbond in Keulen, 1914. Na afloop van de tentoonstelling werd het paviljoen ontmanteld. Het mystieke element is alleen van tel voor zover je architectuur beschouwt als een religie.

Ook de vermeende radicaliteit van formalisme geeft te denken. In het ontwerp van Office KGDVS  voor de bibliotheek van Sint-Martens-Latem (Office 229) stelt zich de vraag op wat de radicaliteit betrekking heeft – het gebruik van een geometrische vorm of de ontbrekende relatie met de context. De bibliotheek staat zo dicht op het naastliggende schooltje dat het lijkt te anticiperen op de afbraak ervan. In de fotografie van huisfotograaf Bas Princen blijft het schooltje afwezig. De dorpsbibliotheek vormt een klein universum gewijd aan het boek. In de suburbane omgeving is er sowieso grote vormvrijheid binnen de private kavel.

Dezelfde logica past echter in stedelijke context. De spiegelende gevelbekleding van Tondo (Office 227) is op dat vlak helder. Het cirkelvolume is een passerelle tussen de Kamer van Volksvertegenwoordiging en een kantoorgebouw aan de overkant van de straat. Het volume weerspiegelt de omgeving. De vensterpartijen bevinden zich enkel aan de binnenzijde van de cirkel. De architecten stelden: “In relatie met de stad toont de brug zich als en gesloten element in de traditie van de Brug der Zuchten.” Brusselse bouwmeester Kristiaan Borret beschreef de kwaliteit als volgt: “De context is zo divers dat je kan zeggen: fuck the context.”

De verwerping van de omgeving is inherent aan de logica van de cirkel. De radicaliteit in de keuze voor een cirkel ligt in de onuitputtelijke, vrijpostige toepassingsmogelijkheid ervan. De cirkel is evengoed een prima organisatievorm voor een complex technisch programma’s, dat zien we in het ontwerp van Samyn and Partners voor de brandweerkazerne in Charleroi. De eendimensionale vormgeving van het gebouw past bij een programma dat zichzelf als referentiepunt heeft en waarbij de snelle toegang tot de snelweg een zaak van leven en dood is. De cirkel vormt zo het ideale complement van de vage, onbepaalde context van een bedrijventerrein.

Het bijzonder nut van formalisme situeert zich op het hoger niveau van de ontwerparbeid. Het ontwerp voor het VRT-gebouw (Office 184) vertoonde ook een cirkel, het gaat dan om de eerste wedstrijd, indertijd gewonnen door Robbrecht en Daem architecten. Het ontwerp bestond uit drie primaire vormen: een cirkel, vierkant en rechtopstaande balk. David Van Severen besprak in de Canvas-documentaire het grote voordeel van de geometrische vormen: een flexibiliteit om te schikken en wrikken op de site naar gelang veranderende randvoorwaarden. Dat is precies wat er gebeurde in het winnende ontwerp (Office 324) binnen de samenwerking met Jaspers-Eyers.

De cirkel dicteert haar eigen logica – dat wist Jeremy Bentham al in het jaar 1787. De befaamde Panopticon Writings waren feitelijk een reeks brieven geschreven bij een bezoek aan zijn broer Samuel in Rusland, hij was actief als ingenieur voor prins Potemkin. Jeremy Bentham schrijft aan een vriend over hoe een cirkel een heel efficiënt en economisch beheer van personen mogelijk maakte. Eén wachter in de observatietoren kon alle deuren van de ‘private appartementen’ in de gaten houden. Denk aan de Koepelgevangenissen in Arnhem en Breda, ontworpen door Johan Frederik Metzelaar, en Haarlem, ontworpen door zoon Willem Cornelis.

Het panopticon had bovendien een disciplinerend karakter. De cipier moest niet eens aanwezig zijn in de observatietoren – hij kon gerust een uiltje knappen – om toch de indruk te wekken aan de gedetineerden dat ze bekeken werden. Bentham schreef in zijn lange titel dat het ging over een ‘nieuw architecturaal principe dat toepasbaar is op elk soort etablissement waar personen van eender welke beschrijving onder controle gehouden worden’. Hij benoemde ze met naam: ‘strafinstellingen, prisons, industriële werkplaatsen, werkhuizen, diaconiehuizen, fabrieken, gestichten, lazaretto’s, klinieken en scholen’.

Voorbij de toepassing gaat de cirkel dus ook over de ontwerpmethode. Maak je niet druk over architectuur met of zonder inhoud. In de cirkel vallen inhoud en vorm samen, noem het gerust een postmodernisme dat van alle tijden is. Charles Jencks beschreef mooi hoe de architecturale vorm samenviel met de logowaarde ervan. Architectuur bevrijdde zich zo van de idee dat architectuur ligt in de aanpassing binnen een omgeving. Gedaan met zorgvuldig zoeken naar een genius loci, het genie van de cirkel zit in het verwerpen van de omgeving in naam van efficiëntie en de pronkerige aankondiging van zichzelf binnen eender welke toepassing.

Gepubliceerd in het themanummer ‘Circular Plans’: Gideon Boie, ‘Het genie van een cirkel’, A+ Architecture in Belgium, 311, volume 52 (2025), 48.

Categories: Architecture

Type: Article

Share: