Article

Welkom in de woestijn van de Noordrand

Gideon Boie


2015

Onder de noemer van ‘In perispectief’ brengt PeriFeria (een organisatie van City3) in de Kruitfabriek te Vilvoorde een tentoonstelling over de ruimtelijke ontwikkeling van de Brusselse Noordrand.

De hoofdtentoonstelling presenteert diverse studies uit de laden van overheidsadministraties die aandacht meer dan waard zijn. Blikvanger is het materiaal van de studie ‘TOP Noordrand’ op initiatief van Ruimte Vlaanderen in samenwerking met Brussel Stedelijke Ontwikkeling, de Provincie Vlaams-Brabant en de Openbaar Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij. De gezamenlijke inzet van het kluwen van agentschappen was om het kluwen van projecten rond de Brusselse Noordgrens op elkaar af te stemmen.

Sprekend voor de aanpak van TOP is ‘The Shared Valley’ opgemaakt door 1010. Het is een utopisch beeld waarin talrijke scenario’s worden opgesteld vanuit de geomorfologie van de plek, maar wel heel wat economische projecties genereert. Het totaalscenario schept het beeld van een hybride en dynamische regio die niet misstaat als locatie voor de Wereldexpo 2030.

Ook Artgineering projecteert verhaallijnen die de complexe sociale en economische realiteit in het deelgebied A201-E40 ordenen. Op die manier wil het plan de projecteigenaren en grondeigenaren in staat stellen het eigenbelang te overstijgen. Secchi-Vigano tekent een horizontale metropool die de gewestgrenzen en staatsindeling overstijgt. Ook hier biedt het landschap de aanknopingspunten voor de afbakening van zones, acties en strategieën.

Het onderdeel ‘Vilvoorde Watersite’ omvat de concrete planvorming rond de kanaalzone in Vilvoorde. Alles bij elkaar genomen openbaart het materiaal de grillige genealogie van een ontwikkelingszone: masterplannen stapelen zich op elkaar en deelplannen gaan eigen levens leiden. Het masterplan van XDGA uit 2006 werd verfijnd in het masterplan van Beel-Achtergael ism Bas Smets (in 2010). De ontwikkelingsvisie voor nieuwe stadsdeel ‘4 Fonteinen’ (ontwikkeld door Matexi en PSR Brownfield Developers) ligt in handen van 51N4E. In de wijk Broek staat de ontwikkelingsvisie onder regie van De Smet Vermeulen.

Interessant is ook de academische studie ‘Re:Work’ opgemaakt door de afdeling Stedenbouw en Ruimtelijke Planning van Cosmopolis (VUB) en de architectuurfaculteit La Cambre/Horta. Het is een resultaat van een internationale masterclass die industriële en logistieke vraagstukken een primaire plaats geeft in het denken over stadsontwikkeling.

Verder is er nog een off-site fotografietentoonstelling ‘Atelier Productive Bxl’ opgezet door AWB die de context van het festival gebruikt voor de lancering van een toekomstig onderzoek.

In het randprogramma van het PeriFeria festival werd een eigenzinnige performance ‘Reflecting on the Edge’ georganiseerd door het collectief État des Lieux. In een reeks lezingen worden kritische en minder kritische stemmen (o.a. Pascal De Bruyne, David Hamers, Bart Verschaffel en Peter Swinnen) aan het woord gelaten over de ontwikkeling rondom de kanaaloevers. Opnames werden continu afgespeeld op een braakliggend terrein onder het Viaduct, tussen Kanaal en Zenne en met zicht op de bouwputten.

De verdienste van PeriFeria is ongetwijfeld het centraal plaatsen van de Rand binnen de discussie over de ontwikkeling van Brussel. Het kanaal Charleroi-Mechelen vormt immers de verbindende ader van de laatste grondreserves in de uiterste Noord- en Zuidgrens van Brussel. Het sluit ook aan op de verzuchting dat veel actuele problemen in Brussel bepaald worden door ontwikkelingen in de Rand (plaats ook waar veel nationale politici wonen.)

De meest bijzondere verdienste van PeriFeria ligt echter in het zichtbaar maken van de instrumentele rol van ruimtelijk ontwerp als politiek onderhandelingsmiddel. Toekomstvisies, masterplannen en conceptstudies verkennen het veld van mogelijkheden en tasten de interesse af bij betrokken en belanghebbende partijen. Helaas verdwijnen deze documenten vaak tussen beleidsrapporten en gaat zo een kans verloren voor een breed (architectuur-)cultureel debat over de toekomst van de stad.

Ook binnen de architectuursector is weinig erkenning voor visieontwikkelingen. In het architectenberoep is nog steeds ‘het maken’ het ultieme summum van de ontwerparbeid. Hiermee loopt de architectuurcultuur altijd achter op de feiten. Architectuurdebatten becommentariëren (en fotograferen) uitgebreid gerealiseerde bouwprojecten, maar besteden geen aandacht voor datgene wat aan de architecturale productie voorafgaat en haar krijtlijnen bepaalt.

Het blijft wel opmerkelijk dat al het gepresenteerde werk in PeriFeria inmiddels vele malen door de administratieve consensusmolen gedraaid werd. Enkel in de tentoonstellingskrant wordt terloops gewag gemaakt dat de Noordrand enkele hete hangijzers huisvest, zoals het spoorwegemplacement Schaarbeek-Vorming, de verbreding van de Ring, de megagevangenis van Haren en al even megalomane shoppingmall Uplace. Het is onbegrijpelijk het publiek geen tekeningen of schaalmodellen te zien krijgt over deze fel gecontesteerde ontwikkelingen in de Noordrand.

Met de al bij al enge kijk dreigt PeriFeria in de positie van de ‘usefull idiot’ te belanden. Als al het stof van het festival is neergedwarreld, de kritische discussies zich verplaatst en de speeltuin terug bouwput is, blijft bij de toeschouwer één ding hangen: het hybride milieu van de kanaaloevers is best een aardige plek om te wonen, werken en ontspannen. Deze spontane wetenschap staat centraal in place-making rond de projectontwikkeling ‘Vier fonteinen’. Periferia moet de moed opbrengen om permanent alles bespreekbaar te maken van wat er te gebeuren staat in de nieuwe hotspot van Brussel.

 

 

Categories: Urban planning

Type: Article

Share: